RBP 2019/88
Internationaal privaatrecht. Leidt het intreden van zuiver financiële schade op een in Nederland aangehouden beleggingsrekening, welke schade het gevolg is van misleiding in een algemeen wereldwijd verspreid prospectus van een onderneming die niet in Nederland op de beurs is genoteerd, ertoe dat Nederland als de plaats van het intreden van de schade (Erfolgsort) kan worden aangemerkt?
HR 20-09-2019, ECLI:NL:HR:2019:1400
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
20 september 2019
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
18/00524
- JCDI
JCDI:ADS173999:1
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtsvorderingen
Internationaal privaatrecht / Internationaal bevoegdheidsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1400, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑09‑2019
ECLI:NL:HR:2019:925, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 14‑06‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:115, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑02‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑02‑2018
- Wetingang
Art. 7 sub 2 EEX-Verordening II (Verordening (EU) 1215/2012, hierna EEX-Vo II); art. 3:305a BW
Essentie
Rechtsmacht. Plaats waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan. Erfolgsort.
Leidt het intreden van zuiver financiële schade op een in Nederland aangehouden beleggingsrekening, welke schade het gevolg is van misleiding in een algemeen wereldwijd verspreid prospectus van een onderneming die niet in Nederland op de beurs is genoteerd, ertoe dat Nederland als de plaats van het intreden van de schade (Erfolgsort) kan worden aangemerkt? In hoeverre is hierop van invloed dat een vordering in verband met deze schade door een vereniging op de voet van art. 3:305a BW wordt ingesteld?
Samenvatting
De Vereniging van Effectenbezitters (hierna ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.