NJ 2015/200
Gerechtvaardigd vertrouwen niet verdere vervolging. Toezegging hoofdagent.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 maart 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma
- Zaaknummer
13/01866
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Noot
J.M. Reijntjes
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS161991:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:513, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑03‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:86, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑01‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑10‑2013
- Wetingang
Art. 167 lid 1 WvSv
Essentie
Kon aan toezegging van hoofdagent dat verdachte niet zou worden vervolgd na terugbetaling aan de benadeelden het gerechtvaardigd vertrouwen van niet verdere vervolging worden ontleend nu verdachte de benadeelden had betaald? HR herhaalt hoofdregel HR NJ 2013/109. Het oordeel van het hof dat aan een toezegging van een hoofdagent van politie niet het gerechtvaardigd vertrouwen kan worden ontleend dat vervolging achterwege zal blijven, is in zijn algemeenheid onjuist. Het hof had moeten doen blijken te hebben onderzocht of i) sprake was van de gestelde toezegging door de hoofdagent dat geen vervolging zou worden ingesteld en ii) ...