NJ 2012/399
Inbeslagneming ter uitvoering rechtshulpverzoek ten onrechte getoetst aan proportionaliteit en subsidiairiteit.
HR 22-05-2012, ECLI:NL:HR:2012:BV9212, m.nt. A.H. Klip
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
22 mei 2012
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, J. Wortel
- Zaaknummer
11/02723 B
- Conclusie
A-G mr. W.H. Vellinga
- Noot
A.H. Klip
- LJN
BV9212
- JCDI
JCDI:ADS96767:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BV9212, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑05‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BV9212, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 22‑05‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑08‑2011
- Wetingang
Essentie
Van de inwilliging van een op een verdrag gebaseerd rechtshulpverzoek kan ingevolge art. 552k lid 1 Sv slechts worden afgezien bij belemmeringen van wezenlijke aard die voortvloeien uit het verdrag of de wet of bij handelen in strijd met fundamentele beginselen van Nederlands strafprocesrecht. Daartoe behoren niet de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit.
Partij(en)
Beschikking op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de rechtbank te Haarlem van 28 april 2011, nummer RK 11/396, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a van het Wetboek van Strafvordering, ingediend door: L.R.S.A. Adv. mr. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.