NJ 2022/113
Prejudiciële beslissing op voet art. 392 Rv. Arbeidsrecht; werknemer na langdurige arbeidsongeschiktheid in lager betaalde functie herplaatst; aanspraak op gedeeltelijke transitievergoeding? Betekenis HR 14 september 2018, NJ 2019/323 (Kolom).
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
17 april 2020
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, T.H. Tanja-van den Broek, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
19/04725
- Conclusie
A-G mr. R.H. de Bock
- Noot
W.H.A.C.M. Bouwens
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS639507:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:749, Uitspraak, Hoge Raad, 17‑04‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:202, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 28‑02‑2020
- Wetingang
Art. 7:669 lid 1, art. 7:673 BW
Essentie
Prejudiciële beslissing op voet art. 392 Rv. Arbeidsrecht; werknemer na langdurige arbeidsongeschiktheid in lager betaalde functie herplaatst; aanspraak op gedeeltelijke transitievergoeding? Betekenis HR 14 september 2018, NJ 2019/323 (Kolom).
Samenvatting
Met het wettelijke stelsel en het karakter van de transitievergoeding is niet verenigbaar dat aanspraak ontstaat op een gedeeltelijke transitievergoeding bij een inkomensachteruitgang door herplaatsing in een functie met een lager salaris. Herplaatsing in een andere passende functie (zonder urenverlies) is geen vorm van beëindiging als bedoeld in art. 7:673 BW. Een vermindering van salaris die het gevolg is van herplaatsing geeft dan ...