Wetboek van Strafrecht
Einde inhoudsopgave
Wetboek van Strafrecht:Artikel 235 [Ontzetting van rechten na vervalsing]
Wetboek van Strafrecht
Artikel 235 [Ontzetting van rechten na vervalsing]
Geldend
Documentgegevens:
Geldend vanaf 01-05-2014
- Bronpublicatie:
12-03-2014, Stb. 2014, 125 (uitgifte: 21-03-2014, kamerstukken: 33352)
- Inwerkingtreding
01-05-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
07-04-2014, Stb. 2014, 149 (uitgifte: 11-04-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Sancties
1.
Bij veroordeling wegens een der in deze titel omschreven misdrijven, kan de schuldige worden ontzet van de uitoefening van het beroep waarin hij het misdrijf begaan heeft.
2.
Bij veroordeling wegens een der in de artikelen 225 tot en met 232 en artikel 234 omschreven misdrijven, kan ontzetting van de in artikel 28, eerste lid, onder 1°, 2° en 4°, vermelde rechten worden uitgesproken.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.