AB 2008, 100
HvJ EG, 12-02-2008, nr. C-2/06: Kempter
HvJ EG 12-02-2008, ECLI:EU:C:2008:78, m.nt. R.J.G.M. Widdershoven (Kempter)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
12 februari 2008
- Magistraten
V. Skouris, P. Jann, C.W.A. Timmermans, A. Rosas, K. Lenaerts, A. Tizzano, J.N. Cunha Rodrigues, A. Borg Barthet, M. Ilesic, P. Lindh, J.-C. Bonichot
- Zaaknummer
C-2/06
- Noot
R.J.G.M. Widdershoven
- LJN
BC7663
- Roepnaam
Kempter
- JCDI
JCDI:ADS859883:1
- Vakgebied(en)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2008:78, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 12‑02‑2008
- Wetingang
EG-Verdrag art. 10; Verordening (EEG) nr. 3665/87 art. 4 en 5; Verwaltungsverfahrensgesetz art. 48 en 51
Essentie
Heroverwegingsplicht op grond van Kühne & Heitz; omvang van geschil; termijn.
Samenvatting
Uit het arrest Kühne & Heitz kan bijgevolg niet worden afgeleid dat de daarin geformuleerde derde voorwaarde slechts is vervuld wanneer partijen het betrokken punt van gemeenschapsrecht voor de nationale rechter hebben aangevoerd. Aan deze voorwaarde is immers reeds voldaan wanneer dit punt van gemeenschapsrecht, waarvan de uitlegging in het licht van een later arrest van het Hof onjuist is gebleken, door de nationale rechterlijke instantie waarvan de beslissingen niet vatbaar zijn voor hoger beroep werd onderzocht dan wel door haar ambtshalve had kunnen worden opgeworpen. Dienaangaande ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.