RBP 2016/90
Recht op een eerlijk proces. Mag in een procedure ter verwezenlijking van EU-rechten op grond van het Europees doeltreffendheidsbeginsel aan het beginsel van hoor en wederhoor voorbij worden gegaan?
Hof Arnhem-Leeuwarden 23-08-2016, ECLI:NL:GHARL:2016:6736
- Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
- Datum
23 augustus 2016
- Magistraten
Mrs. L.F. Wiggers-Rust, R.A. van der Pol, S.M. Evers
- Zaaknummer
200.177.480
- JCDI
JCDI:ADS925111:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Europees burgerlijk procesrecht
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHARL:2019:10165, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 26‑11‑2019
ECLI:NL:GHARL:2019:3990, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 07‑05‑2019
ECLI:NL:GHARL:2018:7753, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 28‑08‑2018
ECLI:NL:GHARL:2016:6736, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 23‑08‑2016
- Wetingang
Essentie
Europees doeltreffendheidsbeginsel. Stelplicht. Recht op een eerlijk proces. Hoor en wederhoor.
Mag in een procedure ter verwezenlijking van EU-rechten op grond van het Europees doeltreffendheidsbeginsel aan het beginsel van hoor en wederhoor voorbij worden gegaan?
Samenvatting
In het – in hoger beroep, ex art. 351 Rv ingestelde – incident staat centraal de vraag of voldoende grond bestaat voor schorsing van de tenuitvoerlegging van het uitvoerbaar bij voorraad verklaarde eindvonnis van de rechtbank totdat op het daartegen gerichte hoger beroep zal zijn beslist.
Hof: Indien in een dagvaardings- of een verzoekschriftprocedure, in hoger beroep dan wel in cassatie, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.