FED 2017/130
Voor de 183-dagenregeling is de fysieke aanwezigheid in de werkstaat maatgevend
HR 14-07-2017, ECLI:NL:HR:2017:1326, m.nt. M. van Dun
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 juli 2017
- Magistraten
Mrs. Koopman, Fierstra, Groeneveld, Wortel, Beukers-van Dooren
- Zaaknummer
16/03578
- Noot
M. van Dun
- JCDI
JCDI:ADS274032:1
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Loonbelasting / Loon
Inkomstenbelasting / Aanmerkelijk belang (box 2)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:1326, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑07‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑05‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:374, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑05‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑08‑2016
- Wetingang
Essentie
Voor de 183-dagenregeling is de fysieke aanwezigheid in de werkstaat maatgevend
Samenvatting
Belanghebbende woont in België, en is bestuurder en enig aandeelhouder van een in België gevestigde BVBA. Via deze BVBA heeft belanghebbende in 2009 gedurende 181 dagen werkzaamheden in Nederland verricht ten behoeve van een Nederlandse opdrachtgever. Op deze dagen reisde belanghebbende heen en weer tussen België en Nederland.
De inspecteur heeft met toepassing van de fictiefloonregeling een aanslag IB/PVV 2009 opgelegd in verband met de door belanghebbende in Nederland verrichte werkzaamheden.
Volgens Hof 's-Hertogenbosch is Nederland niet heffingsbevoegd: nu belanghebbende slechts op 181 dagen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.