BNB 2016/48
Hof maakt onvoldoende duidelijk hoe het heeft beoordeeld of de opgevraagde bescheiden in redelijkheid van belang zouden kunnen zijn
HR 18-12-2015, ECLI:NL:HR:2015:3603, m.nt. E.B. Pechler
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 december 2015
- Magistraten
Mrs. Overgaauw, Bavinck, Punt, Van Loon, Van Kalmthout
- Zaaknummer
15/00040
- Noot
E.B. Pechler
- JCDI
JCDI:ADS922881:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Informatieverplichting
Belastingrecht algemeen (V)
Fiscaal bestuursrecht / Bezwaarfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3603, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑12‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑02‑2015
- Wetingang
Essentie
Hof maakt onvoldoende duidelijk hoe het heeft beoordeeld of de opgevraagde bescheiden in redelijkheid van belang zouden kunnen zijn
Samenvatting
Belanghebbende is een beleggingsvennootschap, opgericht naar het recht van Curaçao. In 1999 heeft A, woonachtig in België, 85% van de aandelen in belanghebbende verworven; zijn kinderen houden de overige 15%. Belanghebbende heeft vanaf 1999 in Curaçao gevestigde rechtspersonen als statutair bestuurder gehad. Op grond van bij een FIOD-onderzoek verkregen bescheiden heeft de Inspecteur zich op het standpunt gesteld dat belanghebbende, gelet op de betrokkenheid van een in Nederland kantoor houdende adviseur bij de aangelegenheden van belanghebbende, mogelijk belastingplichtig ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.