Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/635
Personen- en familierecht. Procesrecht. Machtiging tot uithuisplaatsing; recht op contra-expertise (art. 810a lid 2 Rv); maatstaf toewijzing verzoek; prognose uitkomst.
HR 11-06-2021, ECLI:NL:HR:2021:887
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
11 juni 2021
- Magistraten
Mrs. T.H. Tanja-van den Broek, C.H. Sieburgh, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
20/03344
- Conclusie
A-G mr. R.H. de Bock
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:887, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑06‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:128, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑02‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑11‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑10‑2020
- Wetingang
Art. 810a Rv
Essentie
Personen- en familierecht. Procesrecht. Machtiging tot uithuisplaatsing; recht op contra-expertise (art. 810a lid 2 Rv); maatstaf toewijzing verzoek; prognose uitkomst.
Samenvatting
Volgens vaste rechtspraak zal een voldoende concreet en ter zake dienend verzoek tot toepassing van art. 810a lid 2 Rv, dat feiten en omstandigheden bevat die zich lenen voor een onderzoek door een deskundige, in beginsel moeten worden toegewezen indien de rechter geen feiten of omstandigheden aanwezig oordeelt op grond waarvan moet worden aangenomen dat toewijzing van het verzoek strijdig is met het belang van het kind (HR 12 april 2019, NJ ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.