NJB 2016/690
Ultra petita. Vermogensrechtelijke afwikkeling na echtscheiding. Gebruiksvergoeding. HR: De vrouw heeft geen gebruiksvergoeding gevorderd. Indien het oordeel van het hof moet worden verstaan als een toewijzing van een zodanige vordering, is het hof buiten de grenzen van de rechtsstrijd getreden. Indien zijn oordeel moet worden verstaan als een gedeeltelijke honorering van een verweer, is het hof niet kenbaar ingegaan op de betwisting van dat verweer
HR 25-03-2016, ECLI:NL:HR:2016:502
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
25 maart 2016
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/04433
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Juridische beroepen / Rechter
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:502, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑03‑2016
ECLI:NL:PHR:2015:2480, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑12‑2015
- Wetingang
Essentie
Ultra petita. Vermogensrechtelijke afwikkeling na echtscheiding. Gebruiksvergoeding. HR: De vrouw heeft geen gebruiksvergoeding gevorderd. Indien het oordeel van het hof moet worden verstaan als een toewijzing van een zodanige vordering, is het hof buiten de grenzen van de rechtsstrijd getreden. Indien zijn oordeel moet worden verstaan als een gedeeltelijke honorering van een verweer, is het hof niet kenbaar ingegaan op de betwisting van dat verweer
Partij(en)
De man, adv. mr. M.A.J.G. Janssen, vs. de vrouw, adv. mr. E.F.A. Linssen-van Rossum.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
In 1967 zijn partijen in algehele gemeenschap van goederen gehuwd. In 2000 is het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.