NJB 2022/695
Rechtsmacht Nederlandse rechter. Ontbinding arbeidsovereenkomst. Vergewisplicht. Een werknemer woont in Spanje. De Nederlandse kantonrechter ontbindt zijn arbeidsovereenkomst zonder toekenning van enige vergoeding. De werknemer gaat in hoger beroep. Het hof ziet zich voor de vraag gesteld of de werknemer op de hoogte is gebracht van zijn recht de rechtsmacht van het hof te betwisten. Het hof beantwoordt die vraag bevestigend door te overwegen dat hiervoor voldoende aanknopingspunten in het dossier zijn. Hoge Raad: Het hof heeft zijn oordeel niet voldoende gemotiveerd.
HR 11-03-2022, ECLI:NL:HR:2022:345
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
11 maart 2022
- Magistraten
Mrs. M.J. Kroeze, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, F.R. Salomons, G.C. Makkink
- Zaaknummer
20/04274
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2022:345, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 11‑03‑2022
ECLI:NL:PHR:2021:877, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 24‑09‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑12‑2020
- Wetingang
Essentie
Rechtsmacht Nederlandse rechter. Ontbinding arbeidsovereenkomst. Vergewisplicht. Een werknemer woont in Spanje. De Nederlandse kantonrechter ontbindt zijn arbeidsovereenkomst zonder toekenning van enige vergoeding. De werknemer gaat in hoger beroep. Het hof ziet zich voor de vraag gesteld of de werknemer op de hoogte is gebracht van zijn recht de rechtsmacht van het hof te betwisten. Het hof beantwoordt die vraag bevestigend door te overwegen dat hiervoor voldoende aanknopingspunten in het dossier zijn. Hoge Raad: Het hof heeft zijn oordeel niet voldoende gemotiveerd.
Partij(en)
De werknemer, adv. mr. J.C. Zevenberg, vs. Weener XL, adv. mr. H.J.W. Alt.