NJB 2020/697:Herverkaveling. Ontsluiting. Bij een herverkaveling zijn percelen aan een eigenaar toegedeeld. Volgens hem zijn die percelen niet goed ontsloten. Hoge Raad: 1. Toedeling. De rechtbank heeft overwogen dat de ontsluitingssituatie geen rol speelt bij de bepaling van de gelijke hoedanigheid van gronden met het oog op de uitruilbaarheid daarvan. Dat oordeel is juist. 2. Financiële afwikkeling. Het oordeel van de rechtbank over de betekenis van de ontsluitingssituatie na de herverkaveling bij het vaststellen van de Lijst der Geldelijke Regelingen is ook zonder nadere motivering voldoende begrijpelijk

NJB 2020/697

Herverkaveling. Ontsluiting. Bij een herverkaveling zijn percelen aan een eigenaar toegedeeld. Volgens hem zijn die percelen niet goed ontsloten. Hoge Raad: 1. Toedeling. De rechtbank heeft overwogen dat de ontsluitingssituatie geen rol speelt bij de bepaling van de gelijke hoedanigheid van gronden met het oog op de uitruilbaarheid daarvan. Dat oordeel is juist. 2. Financiële afwikkeling. Het oordeel van de rechtbank over de betekenis van de ontsluitingssituatie na de herverkaveling bij het vaststellen van de Lijst der Geldelijke Regelingen is ook zonder nadere motivering voldoende begrijpelijk

Documentgegevens:

HR 06-03-2020, ECLI:NL:HR:2020:382

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 6 maart 2020
Magistraten: Mrs. C.A. Streefkerk, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, C.E. du Perron, F.J.P. Lock
Zaaknummer: 19/01323
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Ruimtelijk bestuursrecht / Inrichting landelijk gebied
Staatsrecht / Decentralisatie
Brondocumenten: Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑03‑2020
ECLI:NL:HR:2020:382, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 06‑03‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:1149, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑11‑2019
Wetingang: (art. 47, 48, 52 lid 3 en 4, art. 56 lid 2 en 4, art. 62 lid 1 en 2, art. 63 lid 2, art. 68, 69, 90 lid 3 Wilg)

Essentie

Herverkaveling. Ontsluiting. Bij een herverkaveling zijn percelen aan een eigenaar toegedeeld. Volgens hem zijn die percelen niet goed ontsloten. Hoge Raad: 1. Toedeling. De rechtbank heeft overwogen dat de ontsluitingssituatie geen rol speelt bij de bepaling van de gelijke hoedanigheid van gronden met het oog op de uitruilbaarheid daarvan. Dat oordeel is juist. 2. Financiële afwikkeling. Het oordeel van de rechtbank over de betekenis van de ontsluitingssituatie na de herverkaveling bij het vaststellen van de Lijst der Geldelijke Regelingen is ook zonder nadere motivering voldoende begrijpelijk

Partij(en)

A, adv. mr. J.A.M.A. Sluysmans, vs. de Uitvoeringscommissie, adv. mr. M.W. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.