NJB 2010, 803
HR, 26-03-2010, nr. 08/04008
HR 26-03-2010, ECLI:NL:HR:2010:BL0004
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
26 maart 2010
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, E.J. Numann, A. Hammerstein, W.A.M. van Schendel en W.D.H. Asser
- Zaaknummer
08/04008
- Conclusie
A‑G mr. L. Strikwerda
- LJN
BL0004
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Mededingingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2010:BL0004, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑03‑2010
ECLI:NL:HR:2010:BL0004, Uitspraak, Hoge Raad, 26‑03‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑09‑2008
- Wetingang
Rv art. 611d; Eenvormige Wet betreffende de dwangsom art. 4
Essentie
Vervolg op HR 14 september 2001, LJN ZC3637. Dwangsommen. Onmogelijkheid. Een partij is veroordeeld tot afgifte van een specificatie, op straffe van verbeurte van dwangsommen. De veroordeelde vordert opheffing van de opgelegde dwangsommen wegens onmogelijkheid om aan de veroordeling te voldoen, aangezien hij niet meer over de specificatie beschikt. HR:
‘De onmogelijkheid om de hoofdveroordeling uit te voeren moet in beginsel beoordeeld worden aan de hand van feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan na de hoofdveroordeling. De rechter mag evenwel, indien de aangevoerde onmogelijkheid het gevolg is van een eigen gebrek aan zorgvuldigheid van de veroordeelde, daterend ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.