NJB 2010, 659
HR, 12-03-2010, nr. 08/04424
HR 12-03-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK4932
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
12 maart 2010
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, E.J. Numann, J.C. van Oven, W.A.M. van Schendel en W.D.H. Asser
- Zaaknummer
08/04424
- Conclusie
A‑G mr. L. Strikwerda
- LJN
BK4932
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Beslag en executie
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK4932, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 12‑03‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK4932, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑11‑2009
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑10‑2008
- Wetingang
EEX-Verordening art. 34 aanhef; EEX-Verordening art. 34 onder 1; EEX-Verordening art. 35; EEX-Verordening art. 38; EEX-Verordening art. 43; EEX-Verordening art. 44; EEX-Verordening art. 45; Uitvoeringswet EEX-Verordening art. 4 lid 3; Rv art. 426 lid 1; Rv art. 426 lid 2
Essentie
EEX-Verordening. Exequatur. Weigeringsgronden. De Belgische rechter heeft P veroordeeld tot betaling aan A. De Nederlandse voorzieningenrechter verleent (de curator van) A verlof tot tenuitvoerlegging van de Belgische uitspraak in Nederland. P stelt het rechtsmiddel van art. 43 EEX-Verordening in, stellende dat reeds is voldaan aan de Belgische veroordeling. HR:
1
1 Cassatietermijn. De cassatietermijn tegen een beschikking op het rechtsmiddel van art. 43 EEX-Verordening bedraagt drie maanden.
2
2 Openbare orde. Het verweer dat reeds is voldaan aan de uitspraak waarvan exequatur wordt gevraagd, valt niet onder de in de EEX-Verordening ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.