NJB 2009, 1421
HR, 10-07-2009, nr. 07/13308: A./Leprastichting
HR 10-07-2009, ECLI:NL:HR:2009:BI4209 (A./Leprastichting)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
10 juli 2009
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven, F.B. Bakels en C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
07/13308
- Conclusie
A‑G mr. E.B. Rank-Berenschot
- LJN
BI4209
- Roepnaam
A./Leprastichting
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Staatsrecht / Grondrechten
Verbintenissenrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Arbeidsrecht / Bijzondere onderwerpen arbeidsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2009:BI4209, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 10‑07‑2009
ECLI:NL:PHR:2009:BI4209, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑05‑2009
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑10‑2007
- Wetingang
BW art. 7:646 lid 8; Rv art. 24; Rv art. 249
Essentie
Een werknemer vordert vergoeding van immateriële schade wegens een als seksuele intimidatie ervaren gedraging van de directeur. HR:
1
1 Seksuele intimidatie. Onjuist is de opvatting dat een gedraging zonder meer als seksuele intimidatie moet worden aangemerkt indien degene jegens wie die gedraging is gericht zich seksueel geïntimideerd voelt.
2
2 Feitelijke grondslag. Het hof heeft bij zijn beoordeling van het verweer dat het incident minder ernstig is dan de werknemer doet voorkomen, mogen letten op de omstandigheden die zijn vermeld in de door de werknemer overgelegde brief, alsmede op de omstandigheden die vermeld zijn in het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.