NJB 2010, 174
HR, 08-01-2010, nr. 08/00734: Utrima/Vansh
HR 08-01-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK3164 (Utrima/Vansh)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 januari 2010
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, E.J. Numann, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel
- Zaaknummer
08/00734
- Conclusie
A‑G mr. D.W.F. Verkade
- LJN
BK3164
- Roepnaam
Utrima/Vansh
- Vakgebied(en)
Intellectuele-eigendomsrecht / Modellen- en merkenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK3164, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑01‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK3164, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑11‑2009
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑02‑2008
- Wetingang
Merkenlandsverord. (Ned. Antillen) art. 2 lid 1; Merkenlandsverord. (Ned. Antillen) art. 10
Essentie
Arubaanse zaak. Merkinbreuk. Eerste gebruik. Utrima gebruikt sinds 1996 een woord-/beeldmerk voor juwelen op Sint Maarten. Vansh is in 2004 een overeenstemmend merk gaan gebruiken in Aruba en heeft het daar doen inschrijven. In geschil is de vraag of Utrima een merkrecht in Aruba heeft verkregen krachtens eerste gebruik. HR: 1. Rechtscheppend gebruik. Voor het verkrijgen van een merkrecht in Aruba kan symbolisch gebruik, dat alleen erop gericht is een recht te verkrijgen, voldoende zijn. Het gebruik moet van dien aard zijn dat, hoe gering het in kwantitatieve zin ook is, voldoende kenbaar is dat het gebruik ertoe strekt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.