NJB 2008, 2168
HR, 21-11-2008, nr. C07/049HR
HR 21-11-2008, ECLI:NL:HR:2008:BD5985
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 november 2008
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A. Hammerstein, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk en W.D.H. Asser
- Zaaknummer
C07/049HR
- Conclusie
A-G mr. F.F. Langemeijer
- LJN
BD5985
- Vakgebied(en)
Erfrecht / Testamenten
Goederenrecht / Gemeenschap
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Erfrecht / Algemeen
Erfrecht / Gevolgen erfopvolging
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BD5985, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑11‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BD5985, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑11‑2008
- Wetingang
BW art. 3:170 lid 2; BW art. 3:178-185; BW art. 4:142-152; BW (oud) art. 4:1052-1069; Overgangswet NBW art. 133
Essentie
Erfrecht. Verplichtingen executeur. Op 2 oktober 2000 overlijdt de erflaatster. Op 16 november 2001 verdeelt de executeur de aandelen Robeco uit de nalatenschap tussen hemzelf en zijn broer, de enige twee erfgenamen. De broer spreekt hem aan wegens koersdaling van de aandelen. HR: Bij de taken en bevoegdheden van een executeur met bezit, tevens boedelberedderaar, past niet dat hij in persoon zonder meer het risico zou moeten dragen van een waardedaling van bepaalde goederen. Dat zal pas het geval kunnen zijn indien hij in de zorg van een goed executeur tekortschiet door geen maatregelen te treffen ter voorkoming van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.