HR, 14-11-2008, nr. C06/329HR: Vehmeijer/Janssens

Documentgegevens:

HR 14-11-2008, ECLI:NL:HR:2008:BF0462 (Vehmeijer/Janssens)

Instantie: Hoge Raad
Datum: 14 november 2008
Magistraten: Mrs. D.H. Beukenhorst, A. Hammerstein, J.C. van Oven, F.B. Bakels en C.A. Streefkerk
Zaaknummer: C06/329HR
Conclusie: P-G mr. C.L. de Vries Lentsch-Kostense
LJN: BF0462
Roepnaam: Vehmeijer/Janssens
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Vermogensrecht (V)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Horecarecht (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:PHR:2008:BF0462, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑11‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BF0462, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑11‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑11‑2006
Wetingang: Rv art. 166; Rv art. 229; Rv art. 353; BW art. 3:42

Essentie

A heeft een schilderij, waarvan het slechts de onverdeelde helft in eigendom had, verkocht en in volledige eigendom geleverd aan een ander. Vervolgens heeft A het schilderij onder valse voorwendselen weer in handen gekregen en op grond van een verdelingsovereenkomst afgegeven. HR: 1. Bewijsaanbod. Het hof heeft ten onrechte aan het bij pleidooi in hoger beroep gedane bewijsaanbod geen kenbare aandacht besteed. 2. Conversie. Voor de conversie van een ongeldige meerzijdige rechtshandeling in een andere rechtsgeldige meerzijdige rechtshandeling wordt vereist dat de laatstgenoemde rechtshandeling dezelfde partijen heeft als de ongeldige rechtshandeling. 3. Uitstel van de uitspraak. De beoordeling van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.