Einde inhoudsopgave
RvdW 2008, 998
HR, 31-10-2008, nr. C07/183HR
HR 31-10-2008, ECLI:NL:HR:2008:BF0002
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
31 oktober 2008
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, E.J. Numann, A. Hammerstein, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
C07/183HR
- Conclusie
A-G Spier
- LJN
BF0002
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BF0002, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 31‑10‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BF0002, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 31‑10‑2008
Essentie
Onrechtmatige daad bank jegens cliënte door zonder instemming cliënte aan wederpartij cliënte ontwerp-pandakte toe te zenden; schade cliënte; causaal verband?; condicio sine qua non verband en het in art. 6:98 BW bedoelde verband; slagende motiveringsklacht.
Uit de overwegingen van het hof blijkt niet duidelijk of zijn oordeel dat de gestelde schade niet als een gevolg van het aan de Bank verweten handelen kan worden aangemerkt, betrekking heeft op het condicio sine qua non verband dan wel op het in art. 6:98 BW bedoelde verband. Wat daarvan ook zij, de motiveringsklachten betreffende de door het hof in aanmerking genomen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.