RCR 2008, 81
Overeenkomst van geldlening. Is sprake van geldlening wanneer het afgeven in de zin van art. 7A:1791 BW niet bestaat in het daadwerkelijk ter hand stellen of verstrekken van de overeengekomen geldsom aan de lener?
HR 13-06-2008, ECLI:NL:PHR:2008:BC9945 (Lentze/Stamina)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
13 juni 2008
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, P.C. Kop, J.C. van Oven, F.B. Bakels, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
C06/316HR
- Conclusie
plv. P-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
BC9945
- Roepnaam
Lentze/Stamina
- JCDI
JCDI:ADS870973:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BC9945, Uitspraak, Hoge Raad, 13‑06‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BC9945, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 13‑06‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑10‑2006
- Wetingang
BW art. 7A:1791
Essentie
Is sprake van geldlening wanneer het afgeven in de zin van art. 7A:1791 BW niet bestaat in het daadwerkelijk ter hand stellen of verstrekken van de overeengekomen geldsom aan de lener?
Samenvatting
Eiser tot cassatie (de vader) heeft in eerste aanleg van verweerders in cassatie (Stamina en de zoon) betaling gevorderd van ƒ 111.800. Daartoe stelt de vader dat hij voor de zoon op basis van terugbetaling materialen heeft aangeschaft en werkzaamheden heeft laten verrichten en betalingen heeft verricht ter financiering van de nadien opgerichte onderneming van de zoon, ten titel van geldlening. Het hof heeft de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.