NJB 2008, 1273
HR, 30-05-2008, nr. C06/218HR
HR 30-05-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC6582
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 mei 2008
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. Van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, J.C. van Oven en W.D.H. Asser
- Zaaknummer
C06/218HR
- Conclusie
P-G mr. C.L. de Vries Lentsch-Kostense
- LJN
BC6582
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BC6582, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑05‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BC6582, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑03‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 30‑06‑2006
- Wetingang
BW (oud) art. 1:129; BW (oud) art. 1:132; BW (oud) art. 1:133; BW (oud) art. 1:134; BW (oud) art. 1:135; BW (oud) art. 1:136; BW (oud) art. 1:137; BW (oud) art. 1:138; BW (oud) art. 1:139; BW (oud) art. 1:140; BW (oud) art. 1:141; BW (oud) art. 1:142; BW (oud) art. 1:143; BW (oud) art. 1:144; BW (oud) art. 1:145; BW art. 6:82; BW art. 6:83
Essentie
Partijen zijn gehuwd onder huwelijkse voorwaarden, inhoudende het wettelijk deelgenootschap. Na echtscheiding wordt afrekening gevorderd. HR: 1. Opeisbaarheid. De vordering tot deling is opeisbaar vanaf het moment dat het deelgenootschap eindigt. 2. Verzuim. Verzuim treedt in beginsel in na ingebrekestelling danwel zonder ingebrekestelling onder meer in de gevallen bedoeld in art. 6:83 BW.
Partij(en)
De man, adv. mr. E.G. van de Pol
tegen
de vrouw, niet verschenen.
Uitspraak
Feiten en procesverloop
Partijen zijn in 1977 gehuwd. Bij huwelijkse voorwaarden is bepaald dat een deelgenootschap zal ontstaan, inhoudende de verplichting tot deling van de vermeerdering van beider ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.