Einde inhoudsopgave
Burgerlijk Wetboek Boek 1
Artikel 135 [Verrekening bij helfte]
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2002
- Bronpublicatie:
14-03-2002, Stb. 2002, 152 (uitgifte: 28-03-2002, kamerstukken: 27544)
- Inwerkingtreding
01-09-2002
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
03-07-2002, Stb. 2002, 370 (uitgifte: 01-01-2002, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
1.
De verrekening van inkomsten of van vermogen geschiedt bij helfte.
2.
Op de verrekening zijn de artikelen 181, 183 en 195 tot en met 200 van Boek 3 van dit wetboek van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor de beoordeling van de vraag of benadeling als bedoeld in artikel 196 van Boek 3 van dit wetboek heeft plaatsgevonden, de in artikel 142 genoemde tijdstippen bepalend zijn. De artikelen 677 tot en met 680 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering zijn van overeenkomstige toepassing.
3.
Een echtgenoot die opzettelijk een tot het te verrekenen vermogen behorend goed verzwijgt, zoek maakt of verborgen houdt waardoor de waarde daarvan niet in de verrekening is betrokken, dient de waarde daarvan niet te verrekenen, maar geheel aan de andere echtgenoot te vergoeden.