JOL 2008, 233
HR, 28-03-2008, nr. R07/031HR
HR 28-03-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC2255
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
28 maart 2008
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop, A. Hammerstein, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
R07/031HR
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BC2255
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Burgerlijk procesrecht (V)
Internationaal publiekrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BC2255, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑03‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BC2255, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑03‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑02‑2007
Essentie
Antillenzaak. Gezamenlijk gezag na echtscheiding; vereiste van eensluidend verzoek ouders (art. 1:251 lid 1 BWNA) in strijd met art. 6 en 8 EVRM?
In overeenstemming met hetgeen de Hoge Raad heeft geoordeeld in zijn beschikking van 27 mei 2005, NJ 2005, 485 m.nt. J. de Boer, m.b.t. art. 1:252 en 253c lid 1 BW en in zijn beschikking van 15 februari 2008, NJ 2008, 107, m.b.t. art. 1:253o lid 1, laatste volzin, BW, moet art. 1:251 lid 2 BWNA in het licht van art. 6 en 8 EVRM aldus worden uitgelegd dat aan toewijzing ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.