RvdW 2008, 294
HR, 07-03-2008, nr. C06/297HR
HR 07-03-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC2771
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 maart 2008
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, J.C. van Oven
- Zaaknummer
C06/297HR
- Conclusie
A-G Langemeijer
- LJN
BC2771
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BC2771, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑03‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BC2771, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑03‑2008
Essentie
Cassatie; ontvankelijkheid; tussenarrest.
Nu het bestreden arrest moet worden aangemerkt als een tussenarrest in de zin van art. 401a lid 2 Rv, kan eiseres bij gebreke van verlof voor een tussentijds cassatieberoep in haar cassatieberoep niet worden ontvangen.
Partij(en)
[De vrouw], te [woonplaats], eiseres tot cassatie, adv. mr. J. Groen,
tegen
[De man], te [woonplaats], verweerder in cassatie, adv. mr. P.S. Kamminga.
Uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
De man heeft bij exploot van 11 november 2003 de vrouw gedagvaard voor de rechtbank Rotterdam en gevorderd, kort gezegd, tussen partijen de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.