RAR 2008, 50
Pensioen. Is een OBU-uitkering een verknocht goed in de zin van art. 1:94 lid 3 BW?
HR 15-02-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC0377 (Overbruggingsuitkering)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 februari 2008
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
R07/054HR
- Conclusie
A-G Verkade
- LJN
BC0377
- Roepnaam
Overbruggingsuitkering
- JCDI
JCDI:ADS870636:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Verzekeringsrecht / Pensioenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BC0377, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑02‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BC0377, Uitspraak, Hoge Raad, 15‑02‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑03‑2007
- Wetingang
Essentie
Wat is het verschil tussen een OBU-uitkering en een Flex-pensioen en wat is de betekenis daarvan in het kader van art. 1:94 lid 3 BW?
Samenvatting
Partijen zijn in 1974 met elkaar in wettelijke gemeenschap van goederen gehuwd. In maart 2004 is het huwelijk door echtscheiding geëindigd. De man, die deelnemer is in de PGGM-pensioenregeling, heeft de mogelijkheid om in plaats van een Flex-pensioen te kiezen voor een salarisvervangende uitkering voor deelnemers die vanaf 60 jaar willen stoppen met werken. Deze overbruggingsuitkering (‘OBU’) geeft recht op periodieke uitkeringen tot men 65 jaar wordt en recht krijgt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.