NJB 2008, 286
HR, 21-12-2007, nr. R06/143HR
HR 21-12-2007, ECLI:NL:HR:2007:BB5084
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 december 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, E.J. Numann, J.C. van Oven en C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
R06/143HR
- Conclusie
A-G mr. F.F. Lange-meijer
- LJN
BB5084
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:BB5084, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑12‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:BB5084, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑10‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑10‑2006
- Wetingang
BW art. 1:209; BW (oud) art. 310; EVRM art. 8
Essentie
Afstamming. Voor een gegronde betwisting van iemands afstamming volgens zijn geboorteakte door een ander is nodig dat komt vast te staan dat de wijze waarop iemand met een zekere duurzaamheid aan het maatschappelijk verkeer deelneemt naar zijn uiterlijke vorm niet strookt met de in de akte vermelde gegevens, en dat die gegevens ook daadwerkelijk onjuist worden bevonden. De enkele omstandigheid dat X volgens de wet een broer van Y is en dat Y daartegen niet kan opkomen met een beroep op art. 1:209 BW, vormt geen inbreuk op art. 8 EVRM.
Partij(en)
De ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.