RvdW 2008, 53
HR, 21-12-2007, nr. R06/138HR
HR 21-12-2007, ECLI:NL:HR:2007:BB4757
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 december 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, E.J. Numann, J.C. van Oven, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
R06/138HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
BB4757
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Alimentatie
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BB4757, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑12‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BB4757, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑12‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑10‑2006
- Wetingang
BW art. 1:402; Rv art. 279, 290, 426a
Essentie
Alimentatie gewezen echtgenoten; wijziging alimentatie met terugwerkende kracht; ingrijpende gevolgen; vereiste behoedzaamheid rechter; motiveringseisen. Aanvullende cassatieklacht; voorbehoud in cassatieverzoekschrift; verschoonbare onbekendheid met proces-verbaal?
Nu in het cassatieverzoekschrift van de vrouw geen voorbehoud is gemaakt i.v.m. het niet tijdig kunnen beschikken over het proces-verbaal van de zitting bij de rechtbank, kan geen acht worden geslagen op de na afloop van de cassatietermijn aangevoerde aanvullende, op dat proces-verbaal gebaseerde cassatieklacht. De onbekendheid van de vrouw met het proces-verbaal is niet verschoonbaar gelet op de bij de behandeling bij het hof gedane mededeling van de ingekomen stukken.
De rechter die ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.