NJB 2007, 2022
HR, 05-10-2007, nr. C06/033HR: Winterthur/TROS
HR 05-10-2007, ECLI:NL:HR:2007:BA9705 (Winterthur/TROS)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
5 oktober 2007
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein, J.C. van Oven en F.B. Bakels
- Zaaknummer
C06/033HR
- Conclusie
A-G Spier
- LJN
BA9705
- Roepnaam
Winterthur/TROS
- Vakgebied(en)
Verzekeringsrecht / Verzekeringsovereenkomst
Onbekend (V)
Verzekeringsrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BA9705, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑10‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BA9705, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 05‑10‑2007
- Wetingang
BW art. 6:248 lid 2; BW art. 7:941 lid 4
Essentie
Aansprakelijkheidsverzekering. Verzekeraars beroepen zich op een vervalbeding wegens te late melding van een schadegeval waarbij de verzekerde aansprakelijk is gesteld in verband met RSI-klachten van een werknemer. Het hof verwerpt het beroep op het vervalbeding, overwegende dat de verzekeraars onvoldoende hebben gesteld om het vermoeden te rechtvaardigen dat zij door de late aanmelding daadwerkelijk in een ongunstiger positie zijn gebracht. HR: 1. Het oordeel dat reeds ten tijde van de schademelding een ongeschreven rechtsregel gold die overeenstemt met art. 7:941 lid 4 BW (inhoudende dat een verzekeraar het vervallen van het recht op uitkering slechts kan bedingen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.