RFR 2007, 134
Erfrecht. Afwikkeling fideï-commis de residuo onder oud recht. Heeft zaaksvervanging plaatsgevonden?
HR 05-10-2007, ECLI:NL:PHR:2007:BA6756
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 oktober 2007
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, E.J. Numann, J.C. van Oven, F.B. Bakels, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
C06/012HR
- Conclusie
P-G De Vries Lentsch-Kostense
- LJN
BA6756
- JCDI
JCDI:ADS871590:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vermogensrecht (V)
Goederenrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:BA6756, Uitspraak, Hoge Raad, 05‑10‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:BA6756, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 05‑10‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑12‑2005
- Wetingang
art. 4:1036 (oud) BW
Essentie
Afwikkeling fideï-commis de residuo onder oud recht. Is sprake van zaaksvervanging of van vorderingsrecht tot vergoeding van het (nominale) bedrag dat aan fideï-commissaire vermogen is onttrokken?
Samenvatting
Het gaat in deze zaak om de afwikkeling van een fideï-commis de residuo. De verwachter (de neef van erflater) stelde na het overlijden van de bezwaarde (echtgenote van erflater) nog een vordering te hebben op de broer — tevens enig erfgenaam — van de bezwaarde. De verwachter legde aan zijn vordering ten grondslag dat de bezwaarde bij leven een deel van het fideï-commissaire kapitaal heeft gebruikt om de door haar en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.