NJB 2007, 1968
HR, 28-09-2007, nr. R06/145HR
HR 28-09-2007, ECLI:NL:HR:2007:BA5805
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
28 september 2007
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, C.A. Streefkerk en W.D.H. Asser
- Zaaknummer
R06/145HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
BA5805
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BA5805, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑09‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BA5805, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑09‑2007
- Wetingang
Essentie
Belang bij cassatieberoep. Nu de ondertoezichtstelling is afgelopen, heeft de moeder geen belang bij haar cassatieberoep, zodat zij daarin niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
Partij(en)
De moeder, adv. mr. R.T.R.F. Carli,
tegen
de vader, adv. mr. R.F. Thunnissen,
en
Raad voor de Kinderbescherming en Stichting Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant, niet verschenen.
Uitspraak
Procesverloop
Op verzoek van de Raad voor de Kinderbescherming heeft de rechtbank het kind bij beschikking van 14 september 2005 met ingang van die dag tot uiterlijk 14 september 2006 onder toezicht van de Stichting gesteld. Op het door de moeder ingestelde hoger beroep heeft het hof de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.