NJ 2007, 464
HR, 08-06-2007, nr. C06/030HR: AbvaKabo/Bvok
HR 08-06-2007, ECLI:NL:HR:2007:BA4118, m.nt. E. Verhulp (AbvaKabo/Bvok)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 juni 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, A. Hammerstein, J.C. van Oven, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
C06/030HR
- Conclusie
A-G Timmerman
- Noot
E. Verhulp
- LJN
BA4118
- Roepnaam
AbvaKabo/Bvok
- JCDI
JCDI:ADS154722:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht (V)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BA4118, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑06‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BA4118, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑06‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑12‑2005
- Wetingang
BW art. 6:162
Essentie
CAO-onderhandelingen; weigering toelating vakbond die eerder geen partij was, onrechtmatig?; maatstaf.
De vraag of een vakbond tot overleg over de aanpassing van een reeds bestaande CAO waarbij die vakbond geen partij is, moet worden toegelaten, dient in beginsel, ook als die vakbond een belangrijk deel van de werknemers in de branche vertegenwoordigt, ontkennend te worden beantwoord. Afweging van de belangen van deze vakbond tegen die van de partijen die bij de CAO partij zijn, kan evenwel meebrengen dat niet-toelating tot dit overleg jegens de vakbond die geen partij is geweest bij het afsluiten van een CAO onrechtmatig kan zijn ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.