HR, 04-05-2007, nr. R06/043HR

Documentgegevens:

HR 04-05-2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ9874

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 4 mei 2007
Magistraten: Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, A. Hammerstein en C.A. Streefkerk
Zaaknummer: R06/043HR
Conclusie: A-G L.A.D. Keus
LJN: AZ9874
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Vermogensrecht (V)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2007:AZ9874, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 04‑05‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:AZ9874, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑03‑2007
Wetingang: Landsstudietoelagereg. NA art. 15; Landsstudietoelagereg. NA art. 18; Landsstudietoelagereg. NA art. 22; Comptabiliteitsbesl. Nederlandse Antillen art. 9 lid 1; BW (Ned. Antillen) art. 3:69; BW art. 3:69

Essentie

Antilliaanse zaak. Bevoegdheid tot inning van een studieschuld. Grondslag machtiging. De machtiging aan de administrateur bij het Ministerie van Onderwijs tot het innen van gelden als bedoeld in art. 15 en art. 22 Landsstudietoelagenregeling berust op art. 9 lid 1 van het Comptabiliteitsbesluit. Bekrachtiging. De machtiging kan uit haar aard niet met terugwerkende kracht worden verleend, doch de rechtshandelingen die de administrateur namens het Land heeft verricht, zijn door of namens het Land bekrachtigd en moeten dus geacht worden bevoegd te zijn verricht. In dit geding niet aan de orde gesteld dat deze bekrachtiging geen gevolg zou hebben gehad ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.