RAR 2007, 86
Wanneer bestaat grond voor ontslag bestuurder stichting ex art. 2:298 BW?
HR 20-04-2007, ECLI:NL:PHR:2007:AZ9324 (Fuldauerstichting I)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 april 2007
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, C.A. Streefkerk, W.D.H. Asser; A-G Timmerman
- Zaaknummer
R06/003HR
- LJN
AZ9324
- Roepnaam
Fuldauerstichting I
- JCDI
JCDI:ADS870633:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:AZ9324, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑04‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:AZ9324, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑04‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑01‑2006
- Wetingang
BW art. 2:298
Essentie
Wanneer bestaat grond voor ontslag bestuurder stichting ex art. 2:298 BW; moet de bestuurder voorafgaande aan de schorsing worden gehoord?
Samenvatting
Op verzoek van het Openbaar Ministerie heeft de rechtbank op grond van art. 2:298 BW bij tussenbeschikking onder meer verzoeker geschorst en bij eindbeschikking verzoeker als bestuurder van de stichting ontslagen. De stichting verleent woon- en zorgfaciliteiten ten behoeve van ouderen en gehandicapten. Op 19 september 2000 is in de statuten van de stichting de bevoegdheid van het bestuur opgenomen om bij reglement de vaststelling van de vergoedingen ten behoeve van het bestuur ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.