RAR 2007, 62
Aansprakelijkheid. Wat is de verhouding tussen art. 6:162 BW enerzijds en art. 2:9 en 7:661 BW anderzijds?
HR 02-03-2007, ECLI:NL:PHR:2007:AZ3535 (Nutsbedrijf Westland)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
2 maart 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, J.C. van Oven, W.D.H. Asser; A-G Timmerman
- Zaaknummer
C05/336HR
- LJN
AZ3535
- Roepnaam
Nutsbedrijf Westland
- JCDI
JCDI:ADS870574:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:AZ3535, Uitspraak, Hoge Raad, 02‑03‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:AZ3535, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑03‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑11‑2005
- Wetingang
BW art. 2:9; BW art. 6:162; BW art. 7:661
Essentie
Wat is de verhouding tussen art. 6:162 BW enerzijds en art. 2:9 en 7:661 BW anderzijds?
Samenvatting
Enkele werknemers, deels tevens bestuurders van werkgever NBW, hebben zonder wetenschap en toestemming van NBW een vennootschap, EES, opgericht. EES verkrijgt inkomsten uit door NBW's leveranciers aan EES betaalde commissies over leveranties van goederen en diensten aan NBW, dan wel aan (gelieerde) derden. Werknemers zijn aangehouden op verdenking van valsheid in geschrifte, oplichting en verduistering; een transactievoorstel van het OM is integraal aanvaard. Werknemers zijn op staande voet ontslagen. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.