JOL 2002, 513
Dagvaarding. Niet-tijdige inschrijving ter rolle; latere inschrijving met toestemming wederpartij.
HR 04-10-2002, ECLI:NL:PHR:2002:AE4085
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
4 oktober 2002
- Magistraten
R. Herrmann, A.E.M. van der Putt-Lauwers, H.A.M. Aaftink, D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
C01/284HR
- Conclusie
A-G Wesseling-van Gent
- LJN
AE4085
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2002:AE4085, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 04‑10‑2002
ECLI:NL:PHR:2002:AE4085, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 04‑10‑2002
Essentie
Dagvaarding. Niet-tijdige inschrijving ter rolle; latere inschrijving met toestemming wederpartij.
Niet tijdige inschrijving ter rolle van een uitgebrachte dagvaarding leidt in beginsel tot niet-ontvankelijkheid van de vordering of het rechtsmiddel waarop de vordering betrekking had. Deze regel lijdt evenwel uitzondering indien de zaak met toestemming van de wederpartij alsnog op de rol wordt geplaatst. Indien, zoals in het onderhavige geval, de zaak alsnog op een andere dan de oorspronkelijke dag wordt aangebracht, brengen de eisen van een behoorlijke rechtspleging mee dat de wederpartij die zich stelt, in haar eerste processtuk melding ervan maakt dat zij niet erin heeft toegestemd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.