JOL 2001, 779
Devolutieve werking appèl.
HR 21-12-2001, ECLI:NL:HR:2001:AD4920
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 december 2001
- Magistraten
G.G. van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, A.E.M. van der Putt-Lauwers, H.A.M. Aaftink, A.G. Pos, A. Hammerstein
- Zaaknummer
C00/093HR
- Conclusie
A-G Keus
- LJN
AD4920
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AD4920, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑12‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AD4920, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑12‑2001
Essentie
Devolutieve werking appèl.
Waar thans eiseres tot cassatie aan haar vordering om te worden aangemerkt als deelneemster in de zin van het Pensioenreglement zowel discriminatie naar geslacht als discriminatie naar leeftijd ten grondslag heeft gelegd, had de Rechtbank, nadat zij tot het oordeel was gekomen dat de eerste grondslag niet was aangetoond, de vordering moeten beoordelen op de andere gestelde grondslag.
Partij(en)
[eiseres], te [woonplaats], eiseres tot cassatie, adv. mr. W.G.H. van de Wetering,
tegen
De stichting Carnegie Stichting, te 's‑Gravenhage, verweerster in cassatie, niet verschenen.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
Eiseres tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.