Natuurlijke verbintenis erflater jegens partner?

Documentgegevens:

HR 14-12-2001, ECLI:NL:HR:2001:AD3964

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 14 december 2001
Magistraten: C.H.M. Jansen, J.B. Fleers, A.G. Pos
Zaaknummer: C00/070HR
Conclusie: P-G Hartkamp
LJN: AD3964
Vakgebied(en): Onbekend (V)
Brondocumenten: ECLI:NL:PHR:2001:AD3964, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑12‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AD3964, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 14‑12‑2001

Essentie

Met toepassing art. 101a RO verworpen cassatieklachten tegen 's Hofs oordeel dat erflater niet voldeed aan een dringende verplichting van moraal en fatsoen toen hij een lijfrente afsloot voor zijn partner (met wie hij nog maar kort samenwoonde) en het vruchtgebruik van zijn nalatenschap aan haar legateerde.

Partij(en)

[Eiseres], te [woonplaats], eiseres tot cassatie, adv. mr. H.H. Barendrecht,

tegen

1.: [Verweerder 1], te [woonplaats],
2.: [Verweerster 2], te [woonplaats], verweerders in cassatie, niet verschenen.

Voorgaande uitspraak

Hoge Raad:

1. Het geding in feitelijke instanties

Verweerders in cassatie — verder te noemen: de kinderen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.