JOL 2001, 715
Nieuwe appèlgrens vonnissen kantonrechter: overgangsrecht
HR 30-11-2001, ECLI:NL:HR:2001:AD4503
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 november 2001
- Magistraten
F.H.J. Mijnssen, A.E.M. van der Putt-Lauwers, O. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
C00/094HR
- Conclusie
A-G Wesseling-Van Gent
- LJN
AD4503
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2001:AD4503, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑11‑2001
ECLI:NL:HR:2001:AD4503, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑11‑2001
Essentie
Nieuwe appèlgrens vonnissen kantonrechter: overgangsrecht
Op 1 januari 1999 is art. 38 RO in dier voege gewijzigd dat geen hoger beroep openstaat als de vordering niet meer beloopt dan ƒ 3500. De gewijzigde bepaling is niet van toepassing op zaken waarvan de inleidende dagvaarding is uitgebracht vóór 1 januari 1999. De vordering in de inleidende dagvaarding van 10 juni 1999 bedroeg meer dan ƒ 2500 zodat betrokkene — gezien art. 96 lid 1 RO — in zijn cassatieberoep niet-ontvankelijk moet worden verklaard.
Samenvatting
Partij(en)
[Eiser], te [woonplaats], eiser tot cassatie, adv. mr. drs. R. Müller,
tegen
[Verweerster], te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.