JOL 2001, 650:Alimentatie; ‘samenleven met een ander als waren zij gehuwd’ in de zin van art. 1:160 BW is op zijn minst noodzakelijk dat tussen de beide betrokkenen een duurzame affectieve relatie bestaat, welke meebrengt dat de gescheiden echtgenoot c.q. echtgenote en zijn of haar nieuwe partner elkaar wederzijds verzorgen , met elkaar samenwonen en een gemeenschappelijke huishouding met elkaar voeren. 's Hofs oordeel dat het bewijsaanbod van de man niet ter zake dienend is, geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting.