JOL 2000, 630
CAO; uitleg; vrije bewijsleer.
HR 08-12-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA8922
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 december 2000
- Magistraten
F.H.J. Mijnssen, W.H. Heemskerk, H.A.M. Aaftink, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop
- Zaaknummer
C99/078HR
- Conclusie
A-G Bakels
- LJN
AA8922
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht (V)
Arbeidsrecht / Collectief arbeidsrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA8922, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑12‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA8922, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑12‑2000
Essentie
CAO; uitleg; vrije bewijsleer.
De bepaling in de algemeen verbindend verklaarde CAO dat arbeidsovereenkomsten schriftelijk moeten worden vastgelegd, bevat niet een afwijking van de in art. 179 lid 1 Rv. neergelegde hoofdregel dat bewijs door alle middelen kan worden geleverd; de Rechtbank heeft dan ook terecht getuigenbewijs als bewijsmiddel omtrent de aard van het dienstverband (vast of tijdelijk) aanvaard.
Samenvatting
Partij(en)
[Eiser], wonende te [woonplaats], eiser tot cassatie, adv. mr. L.S.J. de Korte,
tegen
[Verweerder], wonende te [woonplaats], verweerder in cassatie, niet verschenen.
Voorgaande uitspraak
Hoge Raad:
1. Het geding in feitelijke instanties
Eiser tot cassatie — verder ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.