JOL 1999, 152
Voorbereidingshandelingen onrechtmatig besluit bestuursorganen onrechtmatig? Verhouding burgerlijke rechter en bestuursrechter.
HR 26-11-1999, ECLI:NL:HR:1999:AA3382 (Noord-Brabant/Janse)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
26 november 1999
- Magistraten
Roelvink, Herrmann, Van der Putt-Lauwers, Fleers, De Savornin Lohman;plv.
- Zaaknummer
C98/322HR
- Conclusie
plv. P-G Mok
- LJN
AA3382
- Roepnaam
Noord-Brabant/Janse
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Tegemoetkoming in schade (planschade)
Vermogensrecht (V)
Staatsrecht / Decentralisatie
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:1999:AA3382, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑11‑1999
ECLI:NL:HR:1999:AA3382, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 26‑11‑1999
Essentie
Voorbereidingshandelingen onrechtmatig besluit bestuursorganen onrechtmatig? Verhouding burgerlijke rechter en bestuursrechter.
Partij(en)
De publiekrechtelijke rechtspersoon Provincie Noord-Brabant, te 's‑Hertogenbosch, eiseres tot cassatie, adv. voorheen mr J.L. de Wijkerslooth, thans mr G. Snijders,
tegen
Y. BV, te W., verweerster in cassatie, adv. mr M.E. Gelpke.
Uitspraak
1. Het geding in feitelijke instanties
Verweerster in cassatie — verder te noemen: Y. — heeft bij exploit van 25 oktober 1995 eiseres tot cassatie — verder te noemen: de Provincie — gedagvaard voor de Rechtbank te 's‑Hertogenbosch en gevorderd:
1
voor recht te verklaren dat de Provincie jegens Y. een onrechtmatige daad ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.