JOL 1999, 126
Nevenrechten; recht op schadevergoeding uit onrechtmatige daad geen nevenrecht. Onrechtmatig daad Staat jegens derde?
HR 12-11-1999, ECLI:NL:PHR:1999:AA3370 (Heijmans Bouw/Staat)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
12 november 1999
- Magistraten
Mijnssen, Neleman, Heemskerk, Fleers, Kop;plv.
- Zaaknummer
C98/076HR
- Conclusie
plv. P-G Mok
- LJN
AA3370
- Roepnaam
Heijmans Bouw/Staat
- Vakgebied(en)
Fiscaal ondernemingsrecht (V)
Fiscaal procesrecht (V)
Vennootschapsbelasting (V)
Vermogensrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1999:AA3370, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 12‑11‑1999
ECLI:NL:PHR:1999:AA3370, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 12‑11‑1999
Essentie
Nevenrechten; recht op schadevergoeding uit onrechtmatige daad geen nevenrecht. Onrechtmatig daad Staat jegens derde?
Partij(en)
X. BV, te Z., eiseres tot cassatie, adv. mr P.J.M. von Schmidt auf Altenstadt,
tegen
De Staat der Nederlanden (Ministerie van Financiën, te 's‑Gravenhage, verweerder in cassatie, adv. mr H.D.O. Blauw.
Uitspraak
1. Het geding in feitelijke instanties
Eiseres tot cassatie — verder te noemen: X. — heeft bij exploit van 28 oktober 1992 verweerder in cassatie — verder te noemen: de Staat — gedagvaard voor de Rechtbank te 's‑Gravenhage en — na wijziging van eis gevorderd de Staat te veroordelen om aan X. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.