NJ 1949, 253
HR, 30-04-1948
HR 30-04-1948, ECLI:NL:PHR:1948:AG1961, m.nt. D.J. Veegens
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 april 1948
- Magistraten
Donner, Nypels, Hijink, Van der Flier, Smits
- Zaaknummer
[1948-04-30/NJ_49909]
- Noot
D.J. Veegens
- LJN
AG1961
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS159555:1
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht (V)
Verbintenissenrecht (V)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1948:AG1961, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑04‑1948
ECLI:NL:PHR:1948:AG1961, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑04‑1948
- Wetingang
BW art. 658; BW art. 1844; K art. 47
Essentie
Bouwen op eens anders grond. Beroep van mede-contractant van N.V. op ontbreken van voor de overeenkomst statutair vereiste toestemming van commissarissen. Gebondenheid van dengeen die contracteert met onbevoegden vertegenwoordiger.
Samenvatting
De artt. 658 en 659B. W. zijn enkel gegeven voor het geval, waarin de betrokken personen op geen andere wijze met elkaar in aanraking zijn gekomen dan doordat de een heeft gebouwd op het terrein van den ander. Zij zijn niet bestemd om, voor het geval het bouwen een contractuele basis heeft, de rechten en verplichtingen van partijen te regelen.
Zodra door den grondeigenaar toestemming tot het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.