Einde inhoudsopgave
Alle omstandigheden van het geval (O&R nr. 77) 2013/1.5.2
1.5.2 Relativering van het onderscheid
mr. P.T.J. Wolters, datum 01-03-2013
- Datum
01-03-2013
- Auteur
mr. P.T.J. Wolters
- JCDI
JCDI:ADS303356:1
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Algemeen
Voetnoten
Voetnoten
§ 4.2.
De particulier zal bijvoorbeeld niet deskundig zijn. De professionele partij weet alles over het verkochte product. Zie § 4.4 over de invloed van de deskundigheid van de partijen.
De professionele partij heeft ‘deep pockets’ en kan de schade bij één transactie gemakkelijk dragen. Zij kan daarnaast rekening houden met deze schade en de verkoopprijs hierop aanpassen. De particulier heeft deze mogelijkheden niet. Zie de §§ 4.7 en 4.8 over de invloed van deze kenmerken.
In deze zin bijvoorbeeld Tjittes 1994, p. 2. Zie over deze factoren de §§ 7.2.1, 7.2.2, 7.2.3 en 7.2.4.
Asser/Hartkamp & Sieburgh 2010 (6-III*), nr. 42. Zie § 2.5.1 over de invloed van rechtsbeginselen.
De §§ 2.6, 3.5 en 5.4.
De §§ 2.2, 2.3.1, 2.5, 2.5.1, 3.2 en 5.3.2.
De hoofdcategorieën staan voor benaderingswijzen. De categorie ‘normen’ benadert de werking van de redelijkheid en billijkheid door aandacht te besteden aan normen, de categorie ‘belangen’ besteedt aandacht aan de betrokken belangen. De verschillende factoren volgen ieder één van deze benaderingen. Een concrete omstandigheid, of een complex van concrete omstandigheden, kan op meer manieren worden benaderd. Zij kan daarom in het kader van verschillende factoren van belang zijn.
Laat ik dit illustreren met een voorbeeld: een particulier koopt een product van een professionele partij. Dit feitencomplex is te benaderen vanuit de hoofdcategorie ‘de verhouding tussen de partijen bij een rechtsbetrekking’. De factor ‘kenmerken van de rechtsbetrekking’ is in dit geval relevant. Het betreft hier immers een consumentenkoop.1 Het feitencomplex is ook te benaderen vanuit de hoofdcategorie ‘kenmerken van de partijen bij een rechtsbetrekking’. Relevant zijn nu bijvoorbeeld de maatschappelijke posities,2 de deskundigheid,3 de mogelijkheden tot belangenbehartiging en de financiële posities4 van de partijen. De hoofdcategorie ‘evenwicht’ benadrukt dat er ten aanzien van deze kenmerken verschillen bestaan tussen de partijen.5 De benaderingswijze ‘normen’ wijst op het rechtsbeginsel van maatschappelijke rechtvaardigheid.6
Een veelvoorkomend feitencomplex is in te delen bij vier verschillende factoren. Deze factoren behoren tot verschillende hoofdcategorieën. Een factor kan dikwijls worden ‘vertaald’ in een factor die in een andere hoofdcategorie thuishoort. Er bestaat dan ook een overlap tussen de verschillende factoren en hoofdcategorieën. Met enig forceerwerk is het zelfs mogelijk om iedere omstandigheid bij een bepaalde benaderings wijze7 of factor8 te plaatsen. Van een scherpe scheiding tussen de hoofdcategorieën blijft dan ook weinig over.