NJB 2013/14
Verdeling huwelijksgoederengemeenschap. Gedeeltelijke verdeling. HR: Art. 3:179 lid 1 BW bepaalt weliswaar dat indien verdeling van een gemeenschappelijk goed wordt gevorderd, ieder der deelgenoten kan verlangen dat alle goederen en schulden in de verdeling worden begrepen, maar laat een uitzondering toe indien er gewichtige redenen zijn voor een gedeeltelijke verdeling
HR 07-12-2012, ECLI:NL:HR:2012:BX9828
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 december 2012
- Magistraten
(Mrs. F.B. Bakels, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, M.A. Loth en M.V. Polak)
- Zaaknummer
11/02639
- LJN
BX9828
- Vakgebied(en)
Goederenrecht / Gemeenschap
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
Erfrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BX9828, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑12‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BX9828, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑12‑2012
- Wetingang
Essentie
Verdeling huwelijksgoederengemeenschap. Gedeeltelijke verdeling. HR: Art. 3:179 lid 1 BW bepaalt weliswaar dat indien verdeling van een gemeenschappelijk goed wordt gevorderd, ieder der deelgenoten kan verlangen dat alle goederen en schulden in de verdeling worden begrepen, maar laat een uitzondering toe indien er gewichtige redenen zijn voor een gedeeltelijke verdeling
Partij(en)
De man, adv. mr. P.J. de Groen, vs. de vrouw, niet verschenen
Uitspraak
Feiten en procesverloop
In 1964 zijn partijen in algehele gemeenschap van goederen gehuwd. In 2003 is het huwelijk door echtscheiding ontbonden. Dit geding betreft de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap en de pensioenverevening.