NJB 2021/1241:Strafoplegging en bijzondere voorwaarde dat ‘de veroordeelde wordt aangemeld bij het zedenconvenant en meewerkt aan het convenant tussen reclassering en politie, dat onder meer inhoudt dat hij door de wijkagent bezocht kan worden in zijn huis of omgeving’, art. 14c lid 2 onder 14e Sr: een bijzondere voorwaarde als bedoeld in dit artikel dient het gedrag van de veroordeelde te betreffen. Als zodanig kunnen worden aangemerkt voorwaarden die strekken ter bevordering van een goed levensgedrag van de veroordeelde of die een gedraging betreffen waartoe hij uit een oogpunt van maatschappelijke betamelijkheid gehouden moet worden geacht. Zo’n voorwaarde dient voldoende precies het daarin vervatte gedragsvoorschrift te formuleren. Zij kan niet geacht worden gedrag van de verdachte te omvatten dat in feite overeenkomt met het meewerken aan door de politie uit te oefenen veelomvattende en ingrijpende dwangmiddelen. De bijzondere voorwaarde dat ‘de veroordeelde wordt aangemeld bij het zedenconvenant’ is niet een voorwaarde die het gedrag van de veroordeelde betreft. Verder voldoet de voorwaarde dat de veroordeelde ‘meewerkt aan het convenant tussen reclassering en politie, dat onder meer inhoudt dat hij door de wijkagent bezocht kan worden in zijn huis of omgeving’ niet aan bovengenoemde maatstaf