RFR 2016/40
Partneralimentatie. Hoe moet een verzoek tot wijziging van een alimentatieovereenkomst worden beoordeeld, als partijen ten aanzien van slechts enkele elementen bewust van de wettelijke maatstaven zijn afgeweken?
HR 18-12-2015, ECLI:NL:HR:2015:3635
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 december 2015
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, G. de Groot, M.V. Polak, V. van den Brink, T.H. Tanja-van de Broek
- Zaaknummer
15/00432
- Conclusie
A-G mr. L.A.D. Keus
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS923000:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Alimentatie
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3635, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑12‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1973, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑09‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑02‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑01‑2015
- Wetingang
Essentie
Partneralimentatie. Echtscheidingsconvenant. Wijziging van omstandigheden. Nihilstelling.
Hoe moet een op art. 1:401 lid 1 BW gegrond verzoek, strekkende tot wijziging van een overeenkomst betreffende levensonderhoud, worden beoordeeld, in het geval dat partijen bij het aangaan van die overeenkomst ten aanzien van enkele (maar niet alle) elementen die voor de (omvang van de) aanspraken op levensonderhoud van belang zijn, bewust van de wettelijke maatstaven zijn afgeweken?
Samenvatting
Partijen hebben in hun echtscheidingsconvenant, dat deel uitmaakt van de echtscheidingsbeschikking, afspraken gemaakt over de partneralimentatie. Daarbij zijn ze op enkele punten van de wettelijke maatstaven afgeweken. De man heeft ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.