JWB 2016/281
Insolventie
HR 08-07-2016, ECLI:NL:HR:2016:1476
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 juli 2016
- Zaaknummer
16/00899
- Vakgebied(en)
Insolventierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1476, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑07‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:614, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑04‑2016
- Wetingang
Art. 81 RO
Essentie
Insolventie
Samenvatting
Casus
Verzoeker , een failliet verklaarde voormalige advocaat, verzoekt toelating tot de schuldsanering natuurlijke personen, maar krijgt nul op het rekest bij rechtbank en hof. De redenen daarvoor zijn bij het hof dat het minnelijk traject niet is doorlopen en dat van een aantal schulden ontstaan binnen de laatste vijf jaar volgens het hof niet gezegd kan worden dat deze te goeder trouw zijn ontstaan. Het beroep op de hardheidsclausule van art. 288 lid 3 Fw verwerpt het hof.
Rechtsvraag
Had eerst een minnelijk traject moeten worden doorlopen voordat een verzoek tot toelating tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.