Prg. 2009, 157
Werkgeefster vordert in kort geding nakoming door werknemer van een beëindigingsovereenkomst, aangezien werknemer weigert een pro forma verweer in te dienen. Afwijzing, nu werknemer niet mag worden beperkt in zijn recht op afwijkend verweer.
Rb. 's-Hertogenbosch 03-08-2009, ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ4903
- Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Datum
3 augustus 2009
- Magistraten
Mr. J.H.W. Rullmann
- Zaaknummer
196152 / KG ZA 09-490
- LJN
BJ4903
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBSHE:2009:BJ4903, Uitspraak, Rechtbank 's-Hertogenbosch, 03‑08‑2009
- Wetingang
BW art. 7:685, 902
Essentie
Ontslagrecht. Vaststellingsovereenkomst. Kan een werkgever de nakoming door werknemer van een beëindigingsovereenkomst (pro forma ontbinding arbeidsovereenkomst) in rechte afdwingen?
Neen. Een werknemer mag niet worden beperkt in zijn processuele recht op afwijkend verweer.
Samenvatting
Werkgeefster en werknemer hebben een beëindigingsovereenkomst ondertekend, waarin is vastgelegd dat partijen een pro forma procedure tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst zullen entameren wanneer werknemer vóór 1 juli 2009 nog geen ander werk zal hebben gevonden. Werknemer zal dan een vergoeding ontvangen van € 75.000 bruto. Aangezien werknemer geen werk heeft gevonden vraagt werkgeefster om goedkeuring van haar verzoek en om een verweerschrift. Dat ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.